Wanneer verkeer tot stilstand komt (langzaam rijden is geen probleem) neemt de performance af. In het geval van een VRI of andere ‘aan/uit’ blokkade zal de verkeersstroom geheel tot stilstand komen en daarna weer doorstromen. Doordat het meetvak langer is dan het gemiddelde voertuig houdt dit in dat de meeste voertuigen ondanks de stilstand zonder problemen gemeten worden. Problemen ontstaan enkel bij lange voertuigen.
Bij afremmend en optrekkend verkeer zal voor lange voertuigen de snelheid waarmee een punt gepasseerd anders zijn voor de voor- en achterkant van het voertuig. Een lengtemeting gebaseerd op 1 punt zoals een telslang of detectielussen uitvoeren zal nu onnauwkeurig worden. De TrafficTube neemt in dit geval de gegevens van de positie waar de snelheid het meest constant is. Dit kan voor of achter in het meetvak zijn. Hierdoor is de lengtemeting ook in deze gevallen vaak nog steeds nauwkeurig.
De meetgegevens worden terug gerekend naar een puntsnelheid. Wanneer een voertuig stil komt te staan in het meetvak zal de snelheid gerapporteerd worden van het deel waar het voertuig in beweging is. Aan de oplichtende DataTubes in het cluster is te zien dat een bezettingsgraad meting ook mogelijk is.
Een andere lastige situatie voor de TrafficTube doet zich voor bij verkeer dat van rijstrook wisselt. In de meeste gevallen zal een voertuig dat van rijstrook wisselt toch gedeeltelijk in het bereik van de DataTubes komen. Dit is dan al genoeg voor een goede detectie. Enkel verkeer dat precies tussen twee rijstroken rijdt valt weg.
De locaties in dit overzicht zijn situaties waarbij de kwailiteit van metingen met radar of telslang aanzienlijk terugloopt.